Hugo de Jonge en de kloof tussen kopers en huurders

Een groot punt van zorg volgens de Vereniging van Verhuurmakelaars (VVA) is de kloof die dreigt te ontstaan tussen huurders en kopers na invoering van de woningmarkt-plannen van Minister Hugo de Jonge per 1-1-2024, zowel wat betreft woonlasten als vermogen.

Huurders van gereguleerde huurwoningen (tot 1.000,- Euro per maand) hebben straks in feite een winnend staatslot in handen: zij huren een woning onder de daadwerkelijke kostprijs en worden niet blootgesteld aan het risico van waardedaling, restschulden en/of vermogensverlies. Nederland staat namelijk aan de vooravond van een lange en diepe recessie welke de woningmarkt niet zal overslaan.

De Minister is van mening dat, na jaren van lage rentes waarbij het gunstige tijden waren voor huizenkopers, nu de huurders aan de beurt zijn. Hij gaat hier echter voorbij aan het feit dat bij lage rentes de banken en Centrale Banken het bonnetje oppakten en er fictieve overwaarde is ontstaan, en dat nu in geval van gereguleerde huurprijzen de verhuurders het bonnetje direct voor hun kiezen krijgen. Dat is natuurlijk niet uit te leggen, onacceptabel en in strijd met wetten en verdragen. De plannen van Hugo de Jonge zullen namelijk vooral de circa 300.000 kleine woningbeleggers gaan raken welke deze woningen verhuren in de vrije sector als pensioenvoorziening.

Huurders van gereguleerde huurwoningen kunnen rekenen op lage maandlasten, vrij van enig risico. Kopers daarentegen kijken naar een hypotheekrente van circa 5%, aflossing, alsmaar stijgende eigenaren-lasten zoals OZB, onderhoud en risico op waardedaling. Uitgaande van een gemiddelde verkoopprijs in Nederland van 448.000,- Euro bedraagt alleen al de bruto rentelast circa 1.850,- Euro per maand. Het is evident dat er hier een onverantwoorde en maatschappelijk en economisch ongewenste kloof ontstaat tussen huurders enerzijds en kopers anderzijds. Vooral in grote steden zoals Amsterdam.

Het kabinet zou deze ontwikkeling zorgvuldig moeten monitoren en ingrijpen waar mogelijk. Gedacht kan worden aan het vergroten van de vrije sector en inperken van de gereguleerde sector (huren tot 1.000,- per maand). Daarnaast zou de overheid kunnen kijken naar het stimuleren van renteverlagingen bij banken (middels verantwoorde winstmarges c.q. risico-opslagen) en het invoeren van hypothecaire aftrekbaarheid in geval van een gedeeltelijke aflossingsvrije hypotheek. Concluderend stelt de VVA dat nu ingrijpen noodzakelijk is, aangezien de plannen van Hugo de Jonge inhouden dat er voor circa 90% van alle woningen straks een toegestane huurprijs van maximaal 1.000,- Euro per maand geldt, en dat de kosten en lasten voor huizenbezitters de pan uit rijzen.

Deze kloof tast de financiële stabiliteit aan en zorgt voor ontwrichting in de samenleving.