VVA: Nieuwe huurregulering moet alleen gelden voor nieuwbouw

In de Tweede Kamer klinken terecht steeds meer zorgen over de gevolgen van de aangekondigde regulering van de huurmarkt. In de bestaande bouw leidt de aangekondigde regulering inmiddels tot massale verkoop van huurwoningen, terwijl de nieuwbouw voorlopig op zich laat wachten. De VVA pleit ervoor om de bestaande bouw voorlopig uit te zonderen.

Bij de totstandkoming van de wet betaalbare huur heeft vanaf het begin de focus vrijwel uitsluitend gelegen op nieuwbouw en de gevolgen voor de investeringsbereidheid van woningcorporaties en institutionele beleggers. Daarbij is onder andere besloten om bij nieuwbouw een opslag van 10% toe te staan op de gereguleerde huurprijs.

Voor de bestaande bouw geldt dat verhuur met de nieuwe huurprijsregulering in veel gevallen niet meer rendabel is. Het gevolg is dat particuliere huurwoningen - wanneer zij vrijkomen – nu niet meer opnieuw worden verhuurd, maar worden verkocht. Zolang dit niet gecompenseerd wordt door nieuwe huurwoningen vanuit de nieuwbouw, zal het grote tekort aan huurwoningen de komende jaren nog veel groter worden.

De particuliere huurmarkt vervult een cruciale functie als smeermiddel van de woningmarkt. Zonder dit aanbod zal de doorstroming verder teruglopen en wordt het voor iedereen moeilijker om een passende woning te vinden. Het zal naar verwachting nog jaren gaan duren voordat de nieuwbouw dit verlies aan huurwoningen kan compenseren. In de tussentijd gebeurt er niets aan de woningnood.

De VVA pleit ervoor om de onzekerheid die op dit moment over de markt hangt weg te nemen, door de wet betaalbare huur alleen van toepassing te laten zijn op nieuwbouw. Zo kunnen er geleidelijk steeds meer betaalbare huurwoningen aan de woningvoorraad worden toegevoegd, zonder dat er eerst massaal huurwoningen van de markt verdwijnen.